ik ken een huisje op een plek
waar ik heel alleen
echt vol kan zijn
van de bomen
van het water
wilde beesten
heel zacht of vol venijn
ik ken een huisje
met een ziel
die je omarmt alsof ze liefde kent
dat huis dat hoort mij niet
doch luistert naar mijn fluisterstem
ik deel het al een hele poos
gestript - ontkleed - van zijn vacht ontdaan
kleed ik het nu heel voorzichtig terug aan
dit huisje op die plek
zal niet lang leeg meer staan
gevuld met spijs en drank - vreugde en plezier
zal de deur weldra weer open staan